Toelichting

Id-85066398-55f7-ea11-a2ed-00155d641201


Eigenschappen

Label (nl)Toelichting
Toelichting (nl)

Helpdeskvraag:

Vraag 353

In Nederland is minimaal één prefab-leverancier die volstortliggers levert {red: Romein beton} waarvan de bovenzijde van de onderflens niet opgeruwd of geprofileerd is. Conform NEN-EN 1992-1-1 art. 6.2.5 zou in dit geval uitgegaan moeten worden van een zeer glad oppervlak aangezien het een stalen malvlak betreft. Het gevolg is dat de afschuifcapaciteit op dit aansluitvlak slechts minimaal is wat niet wenselijk is. Daarnaast is bij deze leverancier bij deze liggers over de gehele lengte geen uitstekende wapening aan bovenzijde aanwezig. Alle benodigde dwarskrachtwapening wordt tussen de lijven geplaatst. Met deze werkwijze wordt door de beugelwapening dus niet 50% van de buigtrekwapening omsloten bij een statisch bepaald dek. Voorstel is om in de ROK bij het art. 6.2.5 van NEN-EN 1992-1-1 de volgende aanvullingen op te nemen: 1) De bovenzijde van de onderflens van volstortliggers moet minimaal de kwalificatie ruw hebben; 2) Aan de stortzijde dient over de gehele lengte beugelwapening uit te steken die daar waar beugelwapening is vereist minimaal 50% van de strengen omsluit.

{red: ook discussie geweest bij Abfab, leveranciers zijn niet tot concensus gekomen}

Besproken in betonspecialistenoverleg 15-9-2020. Eurocode geeft voldoende regels hoe dit bepaald moet worden. Aanvullingen via de ROK zijn niet nodig. Aandachtspunt bij toetsen (conform Eurocode) kan zijn of de dwarskrachtwapening (indien benodigd) in voldoende mate verankerd is in de trekzone (hoofdwapening omsluit), zie ook NEN-EN1992-1-1 art 9.2.2 en 6.2.5

Relaties

VertrekpuntRelatieEindpunten
ToelichtingBreder

Afgeleide relaties

VertrekpuntRelatieEindpunt





Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 10 jun 2021 om 11:26.