ROK-0170

Id-b9541927-bde5-e911-a2e0-00155d641201 /
Versie door WikiSysop (overleg | bijdragen) op 17 aug 2021 om 10:21
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
10.6 (1)-NEN-EN 13670
ROK(13 C)



Eistekst

Ten aanzien van figuur 4 nr. b, voetnoot a, geldt dat zowel ten aanzien van cmin als ten aanzien van cnom + Δ c(plus) een statistische benadering is toegestaan.

De minimumdekking cmin moet als een 5%-ondergrens worden beschouwd, waarbij voor iedere zijde van een betonelement of constructieonderdeel geldt dat maximaal 5% van de na ontkisten (aan het verharde beton) gemeten dekkingen kleiner mag zijn dan cmin. Geen enkele gemeten dekking mag kleiner zijn dan cmin,abs = cmin- Δ cabs, waarbij Δ cabs = 5 mm, zie figuur F0170. Indien dit wel het geval is, zal uitgebreid aanvullend dekkingsonderzoek moeten worden uitgevoerd in de gebieden rondom de lage meetwaarden. Op basis van de bevindingen moeten, indien nodig, adequate correctieve en/of preventieve maatregelen worden genomen om de gewenste duurzaamheid alsnog te realiseren.

De maximumdekking cmax = cnom + Δ c(plus) moet als een 5% bovengrens worden beschouwd, waarbij voor iedere zijde van een betonelement of constructieonderdeel geldt dat maximaal 5% van de na ontkisten (aan het verharde beton) gemeten dekkingen groter mag zijn dan cnom + Δ c(plus), zie figuur F0170.

In het geval dat bij het ontwerp een grotere dekking is gekozen dan cnom en als daar rekening mee is gehouden bij de scheurwijdtetoets door middel van de factor kx volgens NEN-EN 1992-1-1, 7.3.1, dan moet bij de beoordeling van de betondekking worden uitgegaan van deze gekozen betondekking ctoegepast in plaats van cnom. De minimumdekking cmin. moet dan worden verhoogd met de toeslag ctoegepast - cnom.

voor vervolg zie onderliggende eis.

Toelichting

Afbeeldingen

Boven- en ondergrenzen voor statistische beschouwing van de betondekking
[[
Fout bij het aanmaken van de miniatuurafbeelding: Bestand met afmetingen groter dan 12,5 MP
]]

Bovenliggende eisen

Onderliggende eisen

Extra informatie


Links

Paragraaf ROKNEN-EN 13670
Brondocument
Het vervaardigen van betonconstructies
Referentiedocumenten  
Eurocode 2: Ontwerp en berekening van betonconstructies – Deel 1-1: Algemene regels en regels voor gebouwen
,
Nationale bijlage bij NEN-EN 1992-1-1
Objecttype
Kunstwerk
Thema
Beton
Periode
Uitvoeringsfase


De eigenschap “Voorkeurslabel” (als paginatype) met de invoerwaarde “Ten aanzien van figuur 4 nr. b, voetnoot a, geldt dat zowel ten aanzien van cmin als ten aanzien van cnom + Δ c(plus) een statistische benadering is toegestaan.De minimumdekking cmin moet als een 5%-ondergrens worden beschouwd, waarbij voor iedere zijde van een betonelement of constructieonderdeel geldt dat maximaal 5% van de na ontkisten (aan het verharde beton) gemeten dekkingen kleiner mag zijn dan cmin. Geen enkele gemeten dekking mag kleiner zijn dan cmin,abs = cmin- Δ cabs, waarbij Δ cabs = 5 mm, zie figuur F0170. Indien dit wel het geval is, zal uitgebreid aanvullend dekkingsonderzoek moeten worden uitgevoerd in de gebieden rondom de lage meetwaarden. Op basis van de bevindingen moeten, indien nodig, adequate correctieve en/of preventieve maatregelen worden genomen om de gewenste duurzaamheid alsnog te realiseren.De maximumdekking cmax = cnom + Δ c(plus) moet als een 5% bovengrens worden beschouwd, waarbij voor iedere zijde van een betonelement of constructieonderdeel geldt dat maximaal 5% van de na ontkisten (aan het verharde beton) gemeten dekkingen groter mag zijn dan cnom + Δ c(plus), zie figuur F0170.In het geval dat bij het ontwerp een grotere dekking is gekozen dan cnom en als daar rekening mee is gehouden bij de scheurwijdtetoets door middel van de factor kx volgens NEN-EN 1992-1-1, 7.3.1, dan moet bij de beoordeling van de betondekking worden uitgegaan van deze gekozen betondekking ctoegepast in plaats van cnom. De minimumdekking cmin. moet dan worden verhoogd met de toeslag ctoegepast - cnom.voor vervolg zie onderliggende eis.” bevat ongeldige tekens of is onvolledig en kan daarom onverwachte resultaten veroorzaken tijdens een opvraag- of annotatieproces.


Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 17 aug 2021 om 10:21.